Om half tien zijn Cor en ik gestart met de wandeling en om tien over drie waren we weer terug. We hebben vier uur en veertig minuten gelopen en één uur gerust. Gemiddelde loopsnelheid 4,3 km/uur en totaal gemiddelde snelheid 3,5 km/uur. We gingen eerst door de duinen. Het was daar een drukte van belang met wandelaars en hardlopers. Bij Egmond aan Zee zijn we op de foto gezet door een andere wandelaar. We staan daar op een uitzichtpunt op een hoog duin met inderdaad een schitterend uitzicht. Een stukje verder door her duin en langs de bollenvelden op de geestgronden en we kwamen in Egmond aan de Hoef. daar hebben we bij een patatchinees een kopje koffie met appeltaart genuttigd. Daarna gingen we door een leuk oud straatje en lang een kapel en de ruïne van het kasteel van de graaf van Egmond.
Egmont was sinds 1544 ridder van het Gulden Vlies. Hij nam dienst in het Spaanse leger en versloeg de Fransen achtereenvolgens in Saint-Quentin (1557) en Grevelingen (1558). Na deze veldslagen stond hij in zo’n hoog aanzien bij de Spaanse koning, dat hij namens de koning naar Engeland vertrok om de hand van de Engelse koningin Elizabeth I te vragen voor Filips II. Als beloning voor zijn trouw werd Egmont in 1559 benoemd tot stadhouder van Vlaanderen en Artesië.
Als edelman maakte Egmont deel uit van de Raad van State. Samen met Willem van Oranje en de graaf van Horne (Driemanschap of Ligue der Groten, 1562) verzette hij zich tegen kardinaal Antoine Perrenot Granvelle, bisschop van Atrecht, die de inquisitie invoerde in Vlaanderen. In een brief aan Filips II (11 maart 1563) bood het Driemanschap hun ontslag aan als Granvelle niet zou vertrekken. Na het vertrek van Granvelle in 1564 verzoende Egmont zich opnieuw met de koning. Op aandringen van de Raad van State vertrok Egmont in 1565 naar Spanje om Filips II de verlangens van de hoge adel over te brengen (Brieven uit het bos van Segovia). Tevens lichtte hij, samen met de Graaf van Megen, de landvoogdes Margaretha in over het Compromis.
Opstand
Na de Beeldenstorm stuurde Filips II de hertog van Alva naar de Nederlanden om orde op zaken te stellen. Willem van Oranje ontvluchtte hierop Brussel; Egmont en Horne besloten niet te vluchten. Vrijwel direct na zijn aankomst liet Alva de graaf van Egmont, zijn secretaris Jan van Casembroot en de graaf van Horne onder een vals voorwendsel - Alva had een overleg aangekondigd om bij een maaltijd over de situatie te praten - arresteren (9 september 1567). Direct na hun arrestatie werden ze naar Gent overgebracht en in het kasteel opgesloten.
Egmont beriep zich vruchteloos op zijn voorrechten als ridder van de Orde van het Gulden Vlies. Ondanks de vele pogingen om zijn onschuld te bewijzen, werd hij wegens hoogverraad in december voor de Raad van Beroerten gebracht. Hoewel Egmont tot het einde toe katholiek bleef en trouw bleef aan de Spaanse koning, werd hij samen met Van Horne op last van Alva ter dood veroordeeld.
Willem van Oranje trok zijn lessen uit de situatie en werd als Willem de Zwijger de spil van het verzet tegen de koning. Toenadering kwam er met de Unie van Brussel, maar toen de Franstalige gewesten zich min of meer achter de koning schaarden met de Unie van Atrecht ten koste van de eenheid van de Nederlanden (waarbij de Nederlandstalige Nederlanden zich verenigden in de Unie van Utrecht), was het hek van de dam, en koos het verzet rond Willem van Oranje voor een oplossing buiten de Spaanse context: de onafhankelijkheid van de Republiek der Verenigde Nederlanden.
Egmont en Horne werden in 1567 en 1568 opgesloten in het Spanjaardenkasteel te Gent. Op 5 juni 1568 werden de edellieden op de Grote Markt van Brussel onthoofd. Hun dood leidde tot grote protesten in de Nederlanden en heeft bijgedragen aan het openlijke verzet tegen de Spanjaarden.
Het gebalsemde lichaam van de Graaf van Egmont ligt, samen met zijn vrouw Sabina (overl. 1578), begraven in de crypte van de Onze-Lieve-Vrouw-Tenhemelopneming kerk te Zottegem. De harten van zijn oudere broer Karel († 1541) en hun oudste zoon Filips († 1590) liggen met zijn hart in een bronzen koffer.
Het standbeeld van beide graven staat op de Zavel in Brussel. Op de markt van Zottegem staat een bronzen standbeeld van Lamoraal van Egmont. Het is een kopie van originele gietijzeren beeld dat in 1968 naar het Egmontpark verhuisde.
Egmont was tevens een tijdlang eigenaar van het kasteel van Gaasbeek (1565 - 1568). In Zottegem is het sterk verbouwde, eertijds omgrachte Egmontkasteel sinds 1964 een beschermd monument. Het gebouw doet nu dienst als openbare bibliotheek en in de ridderzaal worden burgerlijke huwelijksceremonies voltrokken.
Daarna verlieten we Egmond aan de Hoef en trokken verder door de weiden en lang de Hoevervaart met leuke bruggetjes en wat stiles, waar we over moesten klimmen. We hadden daar weidse vergezichten. Op een kruising bij een gemaal hebben we gezeten op een betonnen muurtje onze boterhammen opgegeten. Daarna weer verder richting Heiloo. We liepen daar een heel stuk door een prachtig park. Toen nog een stuk langs de bloeiende bollenvelden o.a. geurige hyacinten. We kwamen toen uit in Egmond-Binnen. Ik ben daar nog even doorgelopen naar de abdij, waar we 52 jaar geleden met de verkenners de paasviering meegemaakt hebben. Een stukje lopen door Egmond-Binnen en we waren weer bij ons uitgangspunt het restaurant Anno-Nu. Daar hebben we nog ter afsluiting een kopje thee gedronken. Het was ca. 14 graden Celsius met een fris windje en een lekker zonnetje, heerlijk wandelweer en een schitterende wandeling.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten